Werknemer valt van trap bij verhuizing bureaustoel: werkgever aansprakelijk voor letselschade
Rechtbank Noord-Holland 7 maart 2017
Deze uitspraak betreft een manager werkzaam voor reisbureau Zonvaart Reizen. De manager vraagt haar werkgever om vervanging van de bureaustoelen van haar en haar collega. De werkgever levert hierop twee nieuwe bureaustoelen. De twee oude stoelen laat zij in de winkel achter bij de trap naar de 1e verdieping, die zich achter in de winkel bevindt en vanuit de winkel is te bereiken via een smalle gang. Bij deze trap bevindt zich tevens de achteruitgang van de winkel. Omdat de stoelen in de weg staan, besluit de manager ze via de trap naar boven te tillen. Op het moment dat zij met de eerste stoel bijna boven is, valt zij van de trap met ernstig been- en armletsel tot gevolg. Als gevolg hiervan geraakt de manager volledig arbeidsongeschikt voor haar werk en komt in de WIA terecht. De manager stelt haar werkgever aansprakelijk voor haar letselschade op grond van werkgeversaansprakelijkheid.
Het reisbureau wijst aansprakelijkheid af omdat zij vindt dat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan. Zij stelt dat het om een huis-tuin-en-keukenongeval gaat, waarbij door een werkgever nauwelijks instructies zijn te geven. Werkneemster had moeten beseffen dat je niet met een bureaustoel van 30 kilogram de trap op sjouwt. Daarbij had het reisbureau aan de collega van de manager de instructie gegeven hoe te handelen met de oude stoelen; deze konden zo nodig buiten worden gezet voor voorbijgangers om mee te nemen.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Vaststaat dat het ongeval is gebeurd in de uitoefening van de werkzaamheden. Het reisbureau is daarom als werkgever in beginsel aansprakelijk, tenzij het reisbureau aantoont dat zij haar zorgplicht is nagekomen. Omdat de oude stoelen in de weg stonden is het logisch dat de manager zich afvroeg wat er met de stoelen moest gebeuren. Zelfs als het reisbureau tegen haar collega gezegd zou hebben dat ze de oude stoelen buiten mochten zetten, dan is dit een onvoldoende instructie, omdat hier geen toezicht op werd gehouden. Bovendien is niet duidelijk aan wie de instructies zijn gegeven en wat er precies is gezegd. Het verweer dat sprake zou zijn van een huis-tuin-en- keukenongeval wordt door de kantonrechter verworpen. De situatie speelde zich namelijk af in de winkel en was niet gecreëerd door werkneemster; de nieuwe stoelen werden immers door de werkgever in die ruimte gezet. Werkneemster moest vanuit haar verantwoordelijkheid als manager bovendien handelend optreden. Verder sjouwt men over het algemeen thuis geen bureaustoelen.
De kantonrechter concludeert dat het reisbureau aansprakelijk is voor de – op zichzelf onverstandige – actie van werkneemster om de stoel(en) in haar eentje via de trap naar boven te tillen.
Tip: Het verweer van een huis-tuin-en keukenongeval in de uitoefening van het werk wordt niet snel aanvaard.